De weg naar abstractie
Laren en Blaricum zijn cruciaal voor Piet Mondriaans ontwikkeling tot abstractie! De wandeling laat zijn ontwikkeling zien en voert je langs zijn ateliers en andere belangrijke plekken.
In juli 1915 verhuist Piet Mondriaan samen met zijn huisgenoot Maaike Middelkoop vanuit pension De Linden naar de boerderij van Anthonis van den Brink. Daar woont op dat moment de moderne componist Jakob van Domselaer al, de verloofde van Middelkoop en kennis van Mondriaan. Ze delen met elkaar de zolderetage die verdeeld is in twee kleine kamers, slechts gescheiden door een wandje dat zo dun is dat ze ’s ochtends de geur van Mondriaans sigaretten en koffie kunnen opsnuiven als ware hij in dezelfde ruimte.
Omdat zijn woonruimte beperkt is werkt Mondriaan in het atelier in het huisje van Otto van Rees. Dagelijks maakt hij de wandeling van ongeveer een half uur tussen Laren en Blaricum. In zijn zak draagt hij steevast een notitieboekje. Niet zozeer om te schetsen, als wel om zijn gedachten omtrent zijn kunst in woorden te vatten. Dat gaat hem niet gemakkelijk af. Net als aan zijn kunst, blijft hij ook zijn teksten alsmaar schaven en schaven.
Het uitwisselen van gedachten met geestverwanten zoals Van Domselaer, Middelkoop, Bart van der Leck en de ook in Laren wonende filosoof Matthieu Schoenmaekers moet Mondriaan in deze tijd enorm geholpen hebben om zijn kunsttheorie aan te scherpen. In februari 1916 ontmoet Mondriaan in deze woning voor het eerst Theo van Doesburg en begint ook met hem een intellectuele uitwisseling.
Van Domselaer en Middelkoop trouwen op woensdag 25 oktober 1916 en verhuizen per 1 november naar Amsterdam. Mondriaan moet daarom op zoek naar een andere woning. Hij hoeft niet ver te zoeken: zijn buurman Willem de Haas blijkt een zolderkamer vrij te hebben.
Laren en Blaricum zijn cruciaal voor Piet Mondriaans ontwikkeling tot abstractie! De wandeling laat zijn ontwikkeling zien en voert je langs zijn ateliers en andere belangrijke plekken.